Kleine Voldoende

Brieven aan Koos: Avonturen van een Zolderkamerfilosoof
Auteur:
Land:
Uitgeverij:
Jaar:
Bladzijde:
Moeten we een gelukkig, of eerder een waardevol leven nastreven? Wat is er überhaupt van waarde, in het licht van onze eindigheid? En waarom drinken mensen wijn terwijl druivensap overduidelijk zoveel lekkerder is? Cabaretier en filosoof Tim Fransen verlaat zijn veilige plekje in de bibliotheek en trekt erop uit, vastbesloten de antwoorden te vinden op de grote vragen van het leven. Terwijl hij zijn filosofische helden achterna reist – Immanuel Kant, Karl Marx, Friedrich Nietzsche, Albert Camus – belandt hij in onverwachte avonturen. Hij legt bloemen bij het graf van een onbekende man, rent angstig door een steeg in de hoerenbuurt van Leipzig en verzorgt bejaarden in een Russisch tehuis. Zijn lessen tekent hij op in brieven aan zijn goede vriend Koos.

Het leek me enorm ludiek om deze bespreking in briefvorm te gieten, zoals ook gebeurde in Brieven aan Koos door filosoof en cabaretier Tim Fransen. Maar dat is eigenlijk alleen leuk als je ook echt genoten hebt van het boek. Als je dit boek ‘wel ok’ vond, zoals ik, moet je in zo’n brief toch te veel onaardige dingen zeggen en dat doet afbreuk aan het plezier van zo’n brief schrijven. Een doodnormale bespreking dus, van een boek dat op zich prima was, maar mij te weinig te bieden had.

‘Zolderkamerfilosoof’ Tim Fransen besluit op een moment dat de tijd is gekomen om de wijde wereld in te trekken en echt dingen te beleven, in plaats van alles van een afstand te aanschouwen en te overdenken. Hij reist naar plekken die belangrijk zijn geweest voor zijn filosofische helden en doet in brieven aan zijn goede vriend Koos – één van de mensen die Fransen aanspoorde om op reis te gaan – verslag van zijn ervaringen.

Helden

Die filosofische helden zijn Karl Marx, Albert Camus, Friedrich Nietzsche en Immanuel Kant. Van die namen is Albert Camus mij ook erg dierbaar. Een leuk toeval wil dat toen ik dit boek vorige week in de trein las (2,5 uur heen en 2,5 uur terug bleek precies genoeg om Brieven aan Koos helemaal te lezen) een jongen tegenover me kwam zitten die De Mythe van Sisyphus aan het lezen was. Dat is een belangrijk werk voor Fransen, maar ook één van de boeken die een enorme invloed heeft gehad op mijn denken.

Die jongen bleek minder gecharmeerd van deze toevallige omstandigheid, want toen ik hem op zijn knie tikte om enthousiast te vertellen over deze speling van het lot, kreeg ik zeer weinig reactie terug. Een kleine teleurstelling, maar op de terugweg begreep ik de jongen beter, toen ik ongevraagd door allerlei vreemden werd aangeklampt, terwijl ik gewoon rustig in de Brieven aan Koos wilde lezen.

Aangenaam

Net zoals ik maar weer eens ondervond dat je maar een beperkte mate van controle hebt over wat er gebeurt als je je in de echte wereld begeeft, komt Fransen er op zijn reizen achter dat het nooit loopt zoals je voor ogen hebt, hoe duidelijk je doel ook is. Dat leidt soms tot leuke en grappige ontmoetingen en gebeurtenissen die Brieven aan Koos tot erg aangenaam leesvoer maken. Wat ook voor dit boek spreekt, is de associatieve stijl van schrijven die Fransen hanteert. Het is leuk om te lezen welke kanten zijn gedachten allemaal op kronkelen.

Ik prijs ieder boek dat een poging doet om de lezer na te laten denken over dingen die we normaal niet zo bevragen. Dit werk is er niet zozeer op gericht om filosofische kennis te vergroten, maar nodigt meer uit om eens na te denken over wat het betekent om gelukkig te zijn, of over wat soevereiniteit, rechtvaardigheid en plicht nu eigenlijk zijn en wat voor rol deze begrippen spelen in ons dagelijks leven. Nu ben ik – als medefilosoof – gewend om over dit soort dingen na te denken en voor mij had het nog wel wat meer diepgang mogen hebben, maar ik kan me zeker voorstellen dat er mensen zijn die geïnspireerd raken door de verhalen van Fransen en dat kan ik alleen maar toejuichen.

Geforceerd

Het enige wat me op den duur tegen begon te staan, en wel in die mate dat het echt afbreuk deed aan mijn leesplezier, zijn de vele grapjes die Fransen maakt. Nu moet ik toegeven dat ik sowieso geen groot liefhebber ben van cabaretiers, omdat die alle spontaniteit uit humor zuigen, en spontaniteit en het onverwachte zijn voor mij erg belangrijke voorwaarden om iets grappig te vinden. Ook in dit boek komen de grappen geforceerd en gekunsteld over, terwijl Brieven aan Koos al die grappen helemaal niet nodig heeft om leuk te zijn.

Mijn treinreizen vlogen voorbij met dit boek, en ik ben zeker te spreken over de schrijfstijl van Fransen en de vorm waar hij voor gekozen heeft, maar door de gekunstelde pogingen tot humor en vanwege het feit dat er voor mij persoonlijk niet heel veel te halen viel, kom ik niet verder dan een kleine voldoende. Maar het is alleszins prijzenswaardig dat Fransen op een vlotte manier mensen probeert te interesseren voor filosofie. Hopelijk wint hij nog vele zieltjes.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.