Kunnen we door te filosoferen leren omgaan met alle ellende in de wereld en met ons persoonlijk leed? Die vraag probeert filosoof Kieran Setiya te beantwoorden in Het Leven Is Zwaar: Filosofie van de Tegenslag. Het startpunt van zijn onderneming: we moeten pijn en tegenslag niet proberen te verbannen uit ons leven, dat is immers onmogelijk, maar we moeten ons op een adequate manier een weg zien te banen door de moeilijkheden die het leven op ons pad brengt.
In ieder hoofdstuk behandelt Setiya een pijnpunt waar je als mens mee te maken kunt krijgen: verdriet, onrecht, lichamelijke beperkingen, mislukking en natuurlijk die verdomde absurditeit, ofwel het besef dat het leven inherent zinloos is. Als dat zo is, wat heeft het dan nog voor zin om überhaupt het bed uit te komen?
Pessimisme en Doemdenken
Aan de hand van filosofische theorieën en allerlei kunstuitingen probeert Setiya te zoeken naar een manier om met deze zaken om te gaan. Het is alleszins leuk om te lezen welke wegen hij inslaat en om te zien welke bepaalde gedachten hem hebben geholpen om niet te verzanden in pessimisme en doemdenken.
Zelf heeft Setiya last van chronische pijn en je merkt dan ook dat het hoofdstuk over lichamelijke beperkingen het dichtst bij hemzelf komt. Dat is direct ook mijn kritiek op de meeste andere hoofdstukken. Setiya geeft toe dat hij een prima leven heeft, altijd gehad ook, en dat schemert door in meerdere hoofdstukken. Het merendeel van wat hij schrijft voelt absoluut niet doorvoeld of doorleefd, maar meer als de zoveelste filosoof die op een rationele, (te) zakelijke manier kaas probeert te maken van zaken die in bepaalde mate ook irrationeel zijn.
Verdriet
Verdriet bijvoorbeeld kan volgens Setiya alleen maar bestaan wanneer iemand van vlees en bloed wegvalt, hetzij dat deze persoon overlijdt, hetzij dat deze persoon om een andere reden uit je leven verdwijnt. Het heeft altijd te maken met concreet verlies, maar ik kan je verzekeren dat er nog heel veel andere soorten verdriet zijn. Die hebben misschien wel veelal te maken met een gevoel van verlies, maar dat hoeft niet altijd en zeker niet hoeft er altijd sprake te zijn van een intermenselijke relatie om verdriet te ervaren.
Wat me bovendien verbaast, is wat hij in het hoofdstuk over absurditeit doet. Hij bespreekt de verschillende religies (waarbij hij boeddhisme ook als een heel dogmatische religie uitlegt en reduceert tot streven naar het besef dat je niet bestaat?), concludeert dan dat hij daar niks mee kan, maar wil uiteindelijk wel aan het gevoel van absurditeit ontkomen door een grote sprong te maken naar een toekomst die net zo onkenbaar en oncontroleerbaar is als om het even welke god(heid).
Absurditeit overwinnen
Setiya is namelijk doodsbang voor klimaatsverandering, het uitsterven van de mensheid en alle crises die we gratis bij die klimaatsverandering krijgen. Ik kan me die angst best voorstellen (die van het uitsterven van de mens trouwens niet echt), maar om dan te stellen dat rechtvaardig handelen met het oog op de toekomst gezien kan worden als hét ding dat het leven voor alles en iedereen weer zin geeft, dat vind ik een beetje vreemd.
Immers, begon het boek niet met zeggen dat we niet moeten streven naar een wereld zonder pijn? Waarom is het gevoel van absurditeit dan duidelijk wel iets dat met alle mogelijke middelen overwonnen moet worden? Is het niet uitermate gezond om het leven af en toe als inherent leeg en zinloos te zien, om je even als een vreemde in je eigen bestaan te voelen (ik kijk jou aan, Heidegger)?
Rare sprong
Waarom is het niet voldoende om in het hier en nu te leven en in het hier en nu zo passend mogelijk, naar eigen inzicht, te handelen (wat in de meeste gevallen toch ook niet verkeerd of onrechtvaardig zal zijn)? Waarom moet per se die rare sprong gemaakt worden naar de verre toekomst en naar een wereld waarin we allemaal weer dezelfde betekenis vinden in het leven, net zoals vroeger toen mensen nog religieus waren en de zin van het leven vanzelfsprekend was? Setiya noemt het gevoel van absurditeit een cliché, ik vind zo’n overkoepelende zin van het leven zoeken dus echt een enorm cliché (en nogal beklemmend, en reducerend, en nog van alles eigenlijk).
Het is duidelijk dat de kwestie van het klimaat iets is waar Setiya heel erg mee worstelt. Hij vindt uiteindelijk voor zichzelf een antwoord, maar dat is een antwoord dat voor mij niet werkt. Dat brengt mij bij mijn volgende kritiekpunt: het boek is bedoeld om mensen houvast te geven bij het omgaan met tegenslagen, maar uiteindelijk lijkt dit toch vooral een autobiografisch verslag te zijn van hoe Setiya weer betekenis in het leven vond.
De Keuze
Daar is op zich helemaal niets mis mee, en zijn reis is ook echt wel leuk om te lezen, maar ik vraag me oprecht af wat dit boek dan verder nog te bieden heeft. Als het gaat over de vraag of filosofie hulp kan bieden bij omgaan met tegenslagen, dan verwacht ik een boek dat ingaat op welke vragen men moet stellen om tot juiste uitkomsten te komen, op hoe je de analytische, reflexieve kant van filosofie kan gebruiken om jezelf en de wereld om je heen beter te leren kennen, zodat je op een goede manier kan omspringen met de zaken die op je pad komen.
Dit boek doet eigenlijk niets van dit alles, en kan alleen leerzaam zijn voor degenen die met dezelfde dingen worstelen als Setiya en toevallig ook geraakt zijn door de voorbeelden en verwijzingen die hij gebruikt (en dat ben ik dus absoluut niet). Nee, als je echt op zoek bent naar een boek dat je leert om te gaan met de pijn die je noodzakelijkerwijs mee gaat maken in het leven, lees dan liever De Keuze: Leven in Vrijheid van dr. Edith Eva Eger.
Licht teleurgesteld
Als je het dan hebt over doorleefdheid, en over hoe je kunt helen na trauma (in de breedste zin van het woord), op zo’n manier dat je ook weer in verbinding komt met de mensen en de wereld om je heen, waarbij het niet uitmaakt wat je achtergrond is of wat de bron van leed is, dan heb je met dit boek iets onwaarschijnlijk inspirerends in handen dat al die handvatten geeft om te leren leven met de zwaarheid van het leven.
Zo inspirerend was Het Leven Is Zwaar bij lange niet. Dat is ook niet heel erg, zoals ik al zei: dit boek leest erg plezierig weg, maar ik ben wel licht teleurgesteld dat het boek niet doet wat er op de achterflap beloofd wordt. Ik verwachtte een boek over hoe de filosofische methode nuttig is voor de dagelijkse beslommeringen en het omgaan met groot en klein leed (lijkt me een erg nuttig en mooi boek!), maar dit is uiteindelijk gewoon het verslag van een filosoof die (je zou, als je heel kritisch bent, kunnen toevoegen ‘vanuit een zeer geprivilegieerde positie’) doodsangsten uitstaat over de toekomst en daar door het schrijven van dit boek overheen komt. Prima voor even tussendoor, maar persoonlijk stond dit toch op bijna alle vlakken mijlenver van me vandaan.